Hoe zijn de hosts binnen het circuit?

Agricamper-gastheren zijn niet slechts serviceplaatsen of willekeurige parkeerplaatsen, maar ze bieden echte gastvrijheid die voortkomt uit boerenfamilies. Deze omvatten voornamelijk:

  • boerderijen: producenten van wijn, olijfolie, kazen, ambachtelijk bier, groenten, honing, vlees en vleeswaren;
  • sportactiviteiten: maneges;
  • kamperen op de boerderij.

Om de verschillende opties te verkennen, raden we aan de app te downloaden en de demoversie te proberen. Pas de instellingen aan en selecteer je voertuigtype (camper, grote camper of caravan). Als je dit doet, krijg je een voorvertoning die het volgende bevat:

PS: Om onze gastheren en de nieuwste toevoegingen aan ons netwerk te ontdekken, volg ons op Instagram en Facebook! Duik in de wonderen van Agricamper en vind inspiratie voor uw volgende avonturen. We wachten met spanning op u! #agricamper
👉 Volg ons op Instagram
👉 Klik op “Vind ik leuk” op onze Facebook-pagina

Is Agricamper een netwerk van boerencampings?

Agricampergastheren kunnen geregistreerde boerderijcampings zijn, maar het zijn voornamelijk boerderijen die de mogelijkheid bieden voor een gratis tussenstop van maximaal 24 uur op hun privéterrein.

Het brede scala aan gastheren omvat wijngaarden, olijfolieproducenten, kaasmakers, ambachtelijke bierbrouwerijen, groenteboerderijen, honingproducenten, vlees en vleeswaren. Sommige sportcentra, zoals maneges, maken deel uit van het netwerk.

Dieren in campers en caravans in Italië

De richtlijnen hebben alleen betrekking op honden, katten en andere huisdieren die in Italië aankomen onder begeleiding van hun eigenaar of aangewezen verantwoordelijke persoon.

In het algemeen wordt aanbevolen om uit voorzorg ruim voor de geplande vertrekdatum met de procedures te beginnen, aangezien complexere procedures meer dan 4 maanden in beslag kunnen nemen.

Algemene bepalingen

Er zijn algemene bepalingen voor alle honden, katten en fretten uit zowel de Europese Unie (EU) als derde landen:

  • Honden, katten en fretten moeten geïdentificeerd zijn met een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage als ze voor 3 juli 2011 zijn aangebracht.
  • Het is verboden om honden, katten en fretten mee te nemen naar Italië:
  1. jonger dan twaalf weken die niet zijn ingeënt tegen hondsdolheid;
  2. tussen twaalf en zestien weken die, ondanks het feit dat ze tegen rabiës zijn gevaccineerd, niet voldoen aan de geldigheidsvereisten van bijlage III, punt 2, onder e), van Verordening (EU) 576/2013 (de geldigheidsperiode van de vaccinatie gaat in vanaf de totstandkoming van de beschermende immuniteit, niet minder dan eenentwintig dagen na voltooiing van het door de fabrikant vastgestelde vaccinatieprotocol voor de eerste vaccinatie en loopt door tot het einde van de periode van beschermende immuniteit), en zijn daarom nog niet beschermd tegen de ziekte.

Italië maakt geen gebruik van de vrijstellingen van de verplichting tot rabiësvaccinatie voor puppy’s, die bij de artikelen 7 en 11 van Verordening (EU) 576/2013 aan de lidstaten zijn verleend.

  • Het maximumaantal huisdieren (honden, katten en fretten) dat de eigenaar of bevoegde persoon mag vergezellen op een enkele reis is vijf dieren (artikel 5, lid 1, Verordening (EU) 576/2013). In afwijking hiervan en onder bepaalde voorwaarden mag het maximumaantal gezelschapsdieren (honden, katten en fretten) meer dan vijf bedragen indien het niet-commerciële verkeer bestemd is voor deelname aan wedstrijden, tentoonstellingen, sportevenementen of trainingen voor dergelijke evenementen (artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) 576/2013). Wanneer het maximumaantal huisdieren (honden, katten en fretten) hoger is dan vijf en er niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor de uitzondering:
  1. Als de dieren uit een EU-land komen, moeten ze voldoen aan de voorschriften van Verordening (EU) 2020/688 en Verordening (EU) 2021/403, en latere wijzigingen, om te worden onderworpen aan de veterinaire controles van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad;
  2. als de dieren uit een derde land komen, moeten ze voldoen aan de eisen die zijn voorgeschreven door Verordening (EU) 692/2020, Verordening (EU) 2021/403 en Verordening (EU) 2021/404, en latere wijzigingen.De in Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad bedoelde grensdoorlaatposten moeten veterinaire controles ondergaan.
  • Meestal moet de eigenaar of een bevoegd persoon het dier tijdens de reis vergezellen. Om gerechtvaardigde en gedocumenteerde redenen kan de verplaatsing van het dier echter tot vijf dagen voor of na de verplaatsing van de eigenaar of bevoegde persoon plaatsvinden, of op een fysiek andere locatie dan de locatie van de eigenaar of bevoegde persoon.
  • Voor het binnenbrengen van huisdieren in Italië is geen preventieve behandeling tegen teken en echinokokken vereist.

Naast de algemene bepalingen gelden er verschillende voorwaarden, afhankelijk van of de dieren afkomstig zijn uit EU-lidstaten of derde landen.

Honden, katten en fretten uit EU-landen

Voor dieren afkomstig uit EU-landen of uit Andorra, Zwitserland, Faeröer, Gibraltar, Groenland, IJsland, Liechtenstein, Monaco, Noorwegen, San Marino en Vaticaanstad gelden aanvullende eisen:

Paspoort

Het dier moet vergezeld gaan van een Europees dierenpaspoort:

  • conform het model van deel 1 van bijlage III van EU Uitvoeringsverordening 577/2013 voor EU-landen (België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Zweden en Hongarije);
  • volgens het model in deel 3 van bijlage III voor Andorra, Zwitserland, Faeröer, Gibraltar, Groenland, IJsland, Liechtenstein, Monaco, Noorwegen, San Marino en Vaticaanstad;
  • ingevuld en afgegeven door een erkende dierenarts in het land van herkomst; neem voor het verkrijgen van het paspoort contact op met de Veterinaire Dienst van het land van herkomst;
  • met de alfanumerieke code van de microchip of tatoeage en een bevestiging van de toediening van de rabiësvaccinatie en, indien van toepassing, een lopende geldige rabiësvaccinatie.

Een schriftelijke verklaring van de eigenaar als een door de eigenaar gemachtigde persoon de niet-commerciële verplaatsing van het dier uitvoert op basis van een schriftelijke delegatie.

Hondsdolheid vaccinatie

De hond, kat of fret moet gevaccineerd zijn tegen hondsdolheid door een erkende dierenarts in het land van herkomst (bijlage III van EU-verordening 576/2013):

  • het dier moet ten minste 12 weken oud zijn op het moment van vaccinatie;
  • de toediening van het vaccin mag niet voorafgaan aan de datum van identificatie of het aflezen van de microchip;
  • de geldigheidsperiode van de vaccinatie begint op de 21e dag na voltooiing van het vaccinatieprotocol van de eerste vaccinatie, en elke volgende vaccinatie moet worden toegediend binnen de geldigheidsperiode van de vorige.

Honden, katten en fretten uit derde landen

Naast de algemene bepalingen voor honden, katten en fretten uit derde landen, zijn er regels die verschillen afhankelijk van de vraag of het land is opgenomen in de lijst die is opgesteld door de Europese Commissie en gepubliceerd in deel 2 van bijlage II bij Verordening (EU) 577/2013. De lijst, die voortdurend wordt bijgewerkt, kan worden geraadpleegd op de website van de Europese Unie.

Derde landen met een gunstige situatie ten aanzien van rabiës die zijn opgenomen in de lijst (bijlage II, deel 2, van Verordening (EU) 577/2013)

Honden, katten en fretten die uit deze landen komen en geïdentificeerd zijn met een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage die vóór 07/03/2011 is aangebracht, moeten voorzien zijn van een gezondheidscertificaat overeenkomstig bijlage IV van Verordening (EU) 577/2013, afgegeven door een officiële dierenarts van de bevoegde autoriteit van het derde land. Het gezondheidscertificaat moet de rabiësvaccinatie bevestigen en, indien van toepassing, een geldige lopende vaccinatie. Om als geldig te worden beschouwd, moet de rabiësvaccinatie worden toegediend na identificatie van het dier en in overeenstemming met bijlage III van Verordening (EU) 576/2013. In het geval van de eerste rabiësvaccinatie moeten er ten minste 21 dagen verstrijken voordat het dier wordt verplaatst.

Andere derde landen

Honden, katten en fretten geïdentificeerd door een microchip of een duidelijk leesbare tatoeage, aangebracht vóór 07/03/2011, uit andere derde landen moeten voorzien zijn van een gezondheidscertificaat overeenkomstig bijlage IV van Verordening (EU) 577/2013, afgegeven door een officiële dierenarts van de bevoegde autoriteit van het derde land. Het certificaat moet, naast de rabiësvaccinatie en, indien van toepassing, een lopende geldige vaccinatie, aantonen dat de titer van neutraliserende antilichamen tegen het rabiësvirus na de vaccinatie met succes is uitgevoerd (titer gelijk aan of hoger dan 0,50 IE/ml).

Dit is een bloedtest die moet worden uitgevoerd in een laboratorium dat erkend is door de Europese Commissie. Het bloedmonster voor titratie moet ten minste 30 dagen na de rabiësvaccinatie worden genomen en bij een gunstig titratieresultaat mag het dier pas drie maanden na de datum van bloedafname worden verplaatst.

Er moet worden opgemerkt dat titratie van antilichamen niet hoeft te worden herhaald voor dieren die na titratie regelmatig opnieuw zijn gevaccineerd zonder het door het laboratorium van productie voorgeschreven vaccinatieprotocol te onderbreken.

Raadpleeg de lijst met erkende laboratoria

Herintroductie uit derde landen

Voor het opnieuw binnenbrengen van gezelschapsdieren in Italië nadat zij in een derde land zijn binnengebracht, kan op grond van artikel 27, lid 1, onder b), ook het communautaire paspoort overeenkomstig deel 1 van bijlage III bij Verordening (EU) 577/2013 worden gebruikt, wanneer wordt aangetoond dat aan de voorschriften voor het binnenbrengen uit derde landen is voldaan. In dit geval is het, wat betreft de uitvoering, indien vereist, van de titratie van antilichamen tegen het rabiësvirus, niet nodig om te voldoen aan de minimale periode van drie maanden voor bloedafname, zoals aangegeven voor het binnenbrengen uit derde landen; dit is echter op voorwaarde dat het communautaire paspoort bevestigt dat de uitvoering, met gunstig resultaat (titer gelijk aan of hoger dan 0,50 IE), van de titratie van antilichamen heeft plaatsgevonden in een door de Europese Commissie erkend laboratorium voordat het dier Italië heeft verlaten.

De controles van niet-commercieel verplaatste huisdieren worden uitgevoerd op het punt van binnenkomst van de reiziger.

Raadplegen:

Lijst van plaatsen van binnenkomst voor niet-commercieel verplaatste huisdieren

Laatst bijgewerkt op 18 juli 2023.

Bron: Ministerie van Volksgezondheid – Reizen naar Italië met huisdieren

Kinderen en autostoeltjes in campers in Italië

Reizen in een camper met kinderen kan een onvergetelijke ervaring zijn voor het hele gezin. Het is echter essentieel om de veiligheid van de kleintjes tijdens de reis te garanderen. Een correct gebruik van autostoeltjes is cruciaal voor een veilige en comfortabele reis.

In Italië zijn de verkeersregels streng, en dat geldt zelfs als je in een camper reist. Het gebruik van autostoeltjes voor kinderen is verplicht, net als in traditionele voertuigen.

Het belang van autostoeltjes in campers en veiligheidsvoorschriften

Autostoeltjes zijn verplicht voor kinderen tijdens camperreizen. Net als in de auto is het essentieel dat kinderen vanaf hun eerste reis in zitjes zitten die geschikt zijn voor hun gewicht, totdat ze 1,50 meter lang zijn of 36 kilo wegen. Zodra ze langer zijn dan 1,50 meter of 36 kilo wegen, meestal rond de leeftijd van 12 jaar, moeten minderjarigen gewone veiligheidsgordels gebruiken.

Het is belangrijk om op te merken dat de aanwezigheid van Isofix-systemen op de voor- en achterstoelen zeldzaam is bij campers, inclusief de nieuwste modellen. Als je camper niet is uitgerust met Isofix, is het cruciaal om te controleren of het autostoeltje goed kan worden vastgezet met de driepuntsgordel.

Het is belangrijk om te weten dat het aantal passagiers aan boord van de camper niet hoger mag zijn dan het aantal dat in de omloophandleiding staat vermeld. Het is echter mogelijk dat het voertuig meer slaapplaatsen heeft dan het aantal passagiers dat in de handleiding staat.

Het is cruciaal en verplicht voor de veiligheid, maar ook uiterst gevaarlijk, om kinderen tijdens het reizen met de camper niet vast te zetten met autostoeltjes of veiligheidsgordels. Kinderen in de armen houden of zich vrij bewegen in de camper tijdens de reis naar de bestemming, of het nu is om naar het toilet te gaan, iets uit de koelkast te pakken of andere activiteiten uit te voeren, is verboden. Slapen in bedden tijdens de reis is verboden en vormt een ernstig risico voor de veiligheid van jonge kinderen.

Europese normen voor kinderbeveiligingssystemen: ECE R44 vs. ECE R129 (i-Size)

Sinds 2017 zijn er twee Europese goedkeuringsnormen voor beveiligingssystemen: ECE R44 op basis van het gewicht van het kind en ECE R129 (i-Size) die apparaten classificeert op basis van de lengte. Controleer altijd de aanwezigheid van het ECE R129 of ECE R44 goedkeuringslabel op de apparaten.

Als je al een ECE R44 autostoel hebt, is het niet verplicht om deze te vervangen volgens de nieuwe ECE R129 normen. De i-Size regelgeving omvat ook bescherming tegen zijdelingse botsingen en vereist ISOFIX-bevestiging voor producten die bedoeld zijn voor jongere kinderen (tot 105 cm hoog).

De autostoel in de camper installeren

Het is cruciaal om een stoeltje te kiezen dat geschikt is voor de leeftijd en het gewicht van het kind. Deze stoelen moeten stevig met 3-puntsgordels aan de camper worden bevestigd en mogen niet te veel bewegen. Volg altijd nauwgezet de instructies van de fabrikant voor een correcte installatie.

Is het mogelijk om een autostoeltje op de passagiersstoel te installeren? Net als in een auto is het toegestaan om autostoeltjes op de voorstoel van de camper te plaatsen. Als het kind echter een naar achteren gericht autostoeltje heeft, is het essentieel om de airbag voor dat stoeltje uit te schakelen.

Veiligheid voor kinderen die achterwaarts gericht reizen: achterwaarts gericht reizen biedt 5 keer meer veiligheid voor kinderen. Het vermindert het risico op verwondingen bij een ongeval aanzienlijk, zelfs bij 50 km/u. Een kind dat bij deze snelheid naar voren kijkt, heeft 40% kans op ernstig letsel, terwijl een kind dat naar achteren kijkt slechts 8% kans heeft. Aangepaste autostoeltjes zorgen voor comfort en veiligheid en passen zich aan de lichaamsbouw van kinderen aan. In Zweden, waar de verkeersveiligheid hoog is, wordt dit tot 4 à 6 jaar gedaan. Europa herziet richtlijnen, geïnspireerd door dit model, om jonge passagiers beter te beschermen.

De autostoel in de camper kiezen

In Italië bepaalt de wet dat kinderen achterwaarts gericht moeten reizen tot een gewicht van 9 kg, in overeenstemming met de ECE R44-voorschriften, of tot een maximumleeftijd van 15 maanden, volgens de meest recente bepalingen die zijn ingevoerd door de i-Size-verordening. Zo lang mogelijk in deze houding reizen (tot 7 jaar) biedt echter vijf keer meer veiligheid voor kinderen.

De voorschriften van ECE 129 (i-Size) hebbeneen rugleuning verplicht gesteldvoor alle autostoeltjes die bedoeld zijn voor kinderen jonger dan 125 cm (voor nieuw ontwikkelde producten) en vereisen het gebruik van naar achteren gerichte autostoeltjes tot de leeftijd van 15 maanden.

  • Groep 0: reiswiegen (vanaf de geboorte tot 10 kg) moeten dwars op de achterbank worden geplaatst als ze zijn goedgekeurd (de overgrote meerderheid van de reiswiegen presteert niet goed in crashtests);
  • Groep 0+: kinderdraagzakken (vanaf de geboorte tot 13 kg) moeten altijd met de rijrichting naar achteren op de achterbank worden geplaatst, met uitgeschakelde airbag indien aanwezig;
  • Groep 1: kinderen van 9 tot 18 kg mogen alleen op de voorwaarts gerichte achterbank worden geplaatst;
  • Groep 2: kinderen van 15 tot 25 kg moeten hun autostoeltje met het gezicht naar voren op de voor- of achterbank plaatsen;
  • Groep 3: kinderen van 22 tot 36 kg moeten hun autostoeltje met het gezicht naar voren op de voor- of achterbank plaatsen.

De eis van anti-verlatingsvoorzieningen in campers

Het anti-verlatingsapparaat is verplicht voor alle kinderen tot 4 jaar, ongeacht hun gewicht en lengte, in voertuigen die zijn geregistreerd in Italië of in het buitenland en worden bestuurd door inwoners van Italië.

Deze apparaten werken als sensoren die het gewicht van het kind detecteren en hun aanwezigheid in de auto signaleren. In geval van achterlating waarschuwt het systeem onmiddellijk de mobiele telefoon van de ouder en andere noodnummers die eerder tijdens de installatie zijn ingevoerd.

Praktische tips voor camperreizen

  • Planning: zorg voor regelmatige stops tijdens de reis zodat kinderen kunnen bewegen en rusten;
  • Entertainment: neem spelletjes, boeken of films mee om kinderen te vermaken tijdens de reis;
  • Temperatuurbewustzijn: zorg ervoor dat de temperatuur in de camper aangenaam is voor jonge passagiers.

Conclusie

Reizen in een camper met kinderen kan een betoverende ervaring zijn. Hun veiligheid tijdens de reis is cruciaal en het juiste gebruik van autostoeltjes in overeenstemming met de Italiaanse regelgeving is een prioriteit.

Als je het juiste autostoeltje kiest en de verkeersveiligheidswetten volgt, zorg je voor een aangename en veilige reis voor het hele gezin, zodat je optimaal kunt genieten van de schoonheid van Italië in een camper.

Onthoud altijd: veilig rijden is de basis voor een gelukkige en onvergetelijke reis in een camper met je kleine avonturiers!

Autorijden in Italië: informatie en advies

Om met een camper, buscamper of caravan in Italië te rijden, moeten enkele wettelijke verplichtingen worden nageleefd om te voldoen aan de Italiaanse wetten. Hier zijn de belangrijkste:

  • Voertuigdocumentatie: U moet de voertuigdocumentatie bij u hebben, inclusief het kentekenbewijs en geldige verzekering in Italië.
  • Autoverzekering: Het voertuig moet gedekt zijn door een geldige WA-verzekering (RCA – Responsabilità Civile Auto) in Italië. De meeste Europese verzekeringspolissen dekken automatisch het rijden in EU-landen, maar het is altijd raadzaam om dit te controleren.
  • Rijbewijs: U moet in het bezit zijn van een geldig rijbewijs. EU-burgers kunnen hun nationale rijbewijs gebruiken. Voor niet-EU-burgers kan naast het nationale rijbewijs een internationaal rijbewijs nodig zijn.
  • Voertuiguitrusting: Het voertuig moet volgens de Italiaanse wet zijn uitgerust, met inbegrip van een waarschuwingsdriehoek, reflecterend vest en sneeuwkettingen van 15 november tot 15 april indien er geen winterbanden zijn gemonteerd.
  • Lokale beperkingen en regelgeving: U moet alle lokale verkeersregels naleven, inclusief snelheidslimieten, parkeervoorschriften en zones met beperkt verkeer (ZTL) die in veel Italiaanse steden aanwezig zijn.
  • Tol en wegenbelasting: In Italië zijn veel snelwegen tolwegen. U moet tol betalen bij tolstations langs de snelwegen of gebruikmaken van een beschikbaar elektronisch tolheffingssysteem.
  • Milieuregels: Sommige steden hebben beperkingen voor voertuigen op basis van emissies, vooral in lage-emissiezones (LEZ).

Het is altijd raadzaam om voor vertrek te controleren op updates of specifieke wetswijzigingen. Bovendien wordt niet-EU-burgers geadviseerd om eventuele bilaterale overeenkomsten tussen hun thuisland en Italië te controleren die de verkeersregels kunnen beïnvloeden.

Voor gedetailleerde informatie en relevante adviezen raden we aan de bronnen te raadplegen die worden verstrekt door de Automobile Club d’Italia (A.C.I.) voor buitenlandse toeristen in Italië:

De documentatie wordt geleverd door het Public Relations Office (U.R.P.). De informatie is indicatief en het wordt aanbevolen om uitsluitend de verkeersregels en de huidige voorschriften te raadplegen, die zorgvuldig moeten worden opgevolgd. Raadpleeg het gedeelte “Veilig rijden” voor meer informatie.